Schuurwielen

Het slijpbeeld

De slijpmop (lamellenschijf) is door de constructie uitstekend geschikt voor het realiseren van een fijne afwerking. Bij een gelijke korrelgrootte is de ruwheid van het oppervlak met een slijpmop in vergelijking met een gewone schuurband veel fijner. Daarom moet er bij de bepaling van de korrelgrootte op worden gelet dat deze ten opzichte van een schuurband 2 tot 3 korrelgroottes grote wordt gekozen.

Schuurband met korrelgrootte 40
Kort markant lijnpatroon, ruw oppervlak, contrastrijke finish
Slijpmop met korrelgrootte 40
Lang doorlopend lijnpatroon, minimale krasdiepte, gladde finish
Mop-ø [mm] Aanbevolen toerentalbereik [min-1]
(38–42 m/s)
100 7.300–8.000
140 5.200–5.700
165 4.400–4.800
200 3.650–4.000
250 2.900–3.200
300 2.400–2.650
350 2.100–2.300
380 1.900–2.100
410 1.750–1.950
480 1.500–1.650
510 1.400–1.550

 

Factoren die van Invloed zijn op het slijpgedrag

Het slijpresultaat hangt af van een groot aantal procesparameters. De onderstaand tabel bevat de verschillende factoren en de invloed die deze hebben op het slijpresultaat.

    Slijpresultaat
Factor Materiaalverwijdering* Kwaliteit van het oppervlak Standtijd
Werksnelheid Hoog Stijgend Fijner Korter
Laag Dalend Ruwer Langer
Aandrukkracht Hoog Stijgend Ruwer Korter
Gering Dalend Fijner Langer
Korrelgrootte Grof Stijgend Ruwer Korter
Fijn Dalend Fijner Langer
Hulpmiddelen
(olie, vet)
Zonder Stijgend Ruwer Korter
Met Dalend Fijner Langer

*Opmerking: de belangrijkste parameter die van invloed is op de materiaalverwijdering is de keuze van een grovere (meer verwijdering) of fijnere (minder verwijdering) korrel.